Ooit was ik een visserman, niet door bewuste keuze, maar eerder door toeval, al geloof ik niet in toeval. Het bestaan op zee viel me toe.
Het begon allemaal met een korte week op zee. Een week om de golven te trotseren, de zilte lucht in te ademen en een glimp op te vangen van het leven als visser. Die ene week ontplooide zich echter tot bijna 10 volle jaren op de Wadden- en Noordzee. Ik herinner me nog de eerste keer dat ik aan boord ging. De zee leek zowel een vriend als een uitdaging, en ik werd meegesleept in haar mysterie.
Wat aanvankelijk een kortstondig avontuur leek, groeide uit tot een levensstijl doordrenkt van de zee. De dagen op zee werden mijn routine, de golven mijn metgezellen. Elke ochtend begroette ik de opkomende zon boven de horizon. De zee gaf me haar geheimen, en ik leerde luisteren naar haar fluisteringen en bulderende golven.
Het leven als visserman was een aaneenschakeling van uitdagingen en overwinningen. Stormachtige nachten testten mijn vastberadenheid, terwijl kalme dagen me herinnerden aan de serene schoonheid van de zee. De visserman in mij groeide met de zee, en de grens tussen beide vervaagde geleidelijk.
Nu, bekijk en fotografeer ik de viskotters die in de haven liggen, sommigen roerloos… De zee is niet langer slechts een werkplek; het is een deel van mijn identiteit geworden.